De moderne mens kan moeilijk bevatten welke sfeer er tijdens de gladiatorenspelen in de Romeinse arena's heerste. In mijn jeugdjaren had ik het geluk een stierencorrida bij te wonen in het antieke amfitheater van Arles. Eigenlijk was het een spektakel waarbij behendige ongewapende jongelingen de imposante zwarte stier van de Camargue uitdaagden. Het was een spektakel in een antieke arena waar de opwinding van de Romeinse venationes heerste.
In “Das Unbehagen in der Kultur” merkte Sigmund Freud op dat de geciviliseerde mens voortdurend er naar verlangt de hoge eisen, die beschaving en cultuur stellen, soms af te leggen om zo aan zijn diepste verlangens tegemoet te komen. Ligt hier de verklaring voor de grote populariteit van de Spaanse en Zuid-Franse corrida’s die toelaten om zich, niet gehinderd door regels, over te geven aan de extase van het leven en het gelijktijdig nostalgische verlangen voorbij de grens van datzelfde leven te kijken?
Picasso was een graag geziene gast tijdens de stierengevechten in het antieke amfitheater van de Zuid-Franse steden Arles en Nîmes, waar in navolging van de gladiatorenspelen tot op heden spektakels met stieren worden georganiseerd. Hij was een groot liefhebber van de corrida’s. Op het Minoïsche Kreta was dit een soort rituele dans waarbij de danser(es) een soort stiersprong uitvoerde met een salto over de rug van het dier. De Romeinen organiseerden in de arena's, verspreid over het gehele rijk, geregeld gevechten met stieren. Verder maakt het stierenvechten sedert eeuwen deel uit van de Spaanse cultuur. Het wordt er niet als sport gezien, maar als een artistieke opvoering waarbij de menselijke (vooral mannelijke) superioriteit over het dier en de dood centraal staat. De corrida’s maakten een integraal deel uit van het leven van Picasso als kleine jongen in de Andalusische kuststad Málaga. Het stierengevecht werd één van zijn oudste thema's. Als elf-jarige schetste hij reeds arena’s. De aquatint ‘Corrida en Arles’ van 1951 toont een dergelijk zondags evenement: de ovalen arena waar het geritualiseerde spektakel plaats vindt. De stenen tribunes van het antieke monument zijn gevuld met uitgelaten toeschouwers. De grens tussen de Romeinse gladiatorenspelen en de moderne stierengevechten is niet zo verschrikkelijk groot. De opwinding die men als toeschouwer tijdens de zomerse Courses Camarguaises in het antieke amfitheater van Arles door het lichaam voelt gieren is ongetwijfeld van dezelfde aard! Zeker heeft dit te maken met een soort bewondering voor de moed van de ‘raseteurs’, de ‘stierenlopers’, die hun leven in de waagschaal stellen om de zwarte stier van de Camargue te verschalken. Enkel de lust en de extase die de massa ervaart op het ogenblik dat zij de stier door de hand van de matador doodt, is er in tegenstelling tot Spanje niet langer toegestaan.
In de amfitheaters van Arles en Nîmes komt het nostalgisch verlangen naar de oerkrachten, die achter eros en thanatos schuilgaan, naar boven. In feite staan de antieke arena’s symbool voor de problematische verhouding tussen de mens en zijn ‘zijn’ in deze wereld. Want net als in het recente verleden tijdens de stierengevechten ervoer de massa toeschouwers er tijdens de gladiatorenspektakels de spanning en de opwinding die werd gecreëerd door een dappere dood. Deze spektakels boden immers de mogelijkheid om zonder enige beperking die ongelooflijke macht te ervaren en via de doodsdrift de eigen verloren soevereiniteit terug te winnen. Nu, zovele eeuwen later, laten deze monumenten de bezoeker ongehinderd fantaseren over leven, lijden en dood onder alle mogelijke vormen.
Reactie plaatsen
Reacties