De grafheuvels van Heers

Gepubliceerd op 24 januari 2020 om 10:05

De tumuli van Gutschoven en Vechmaal , deelgemeenten van Heers, zijn belangrijke bezienswaardigheden en herkenningspunten in het weidse Haspengouwse landschap. Dergelijke grafheuvels zijn zeer karakteristiek voor de civitas Tungrorum. Hoewel zij oorspronkelijk opgericht werden als markante grafmonumenten voor een Gallo-Romeinse elite, is de lokale bevolking van de regio zich daar vaak niet langer meer van bewust. Deze twee erfgoedrelicten zijn eigendom van de provincie Limburg. Beide zijn beschermd als monument en liggen in een beschermd dorpsgezicht.

De tumulus van Vechmaal is een eerder kleine grafheuvel met een diameter van 18-20 meter. Hij bevindt zich op de grens tussen Horpmaal en Vechmaal. Tijdens de 19de eeuw werd hij geplunderd door schatgravers. De vondsten zijn nog steeds niet terug gevonden. Hierdoor is ook weinig over deze grafheuvel geweten. De grafheuvel dateert vermoedelijk van de 2de eeuw n.C. De tumulus van Gutschoven is gelegen op het zogenaamde Tomveld. Hij werd van 26 augustus tot 6 september 1985 opgegraven door de archeologische buitendienst van het Provinciaal Gallo-Romeins Museum te Tongeren. Die bleek reeds eerder door schatgravers door middel van een smalle tunnel onderzocht te zijn, zij het zonder succes. Mogelijk gebeurde dit door Franse soldaten van Lodewijk de XV tijdens de Oostenrijkse Successieoorlog. De grafheuvel had een ovaal grondplan met als grootste doormeter 20,5 meter en als kleinste 17,5 meter. Tijdens het onderzoek stelden de archeologen de aanwezigheid vast van twee brandgraven, één van een jonge vrouw en één vermoedelijk van een man. Het vrouwengraf werd omwille van de rijkelijke inhoud als het eigenlijke tumulusgraf beschouwd. Het was geplaatst op de bodem van een grafkuil van 100 x 92 cm. De archeologen troffen tevens dierlijke brandresten aan. De bijzettingen kunnen op basis van de grafgiften tussen 70 en 90 gedateerd worden. Tijdens de opgravingen stelden de archeologen vast dat de grafheuvel boven op een oudere begraafplaats was opgeworpen.

In ‘Le strade romane nel Belgio’ (1938) verwees J. Breuer naar de talrijke tumuli die langs de Romeinse wegen in de civitas Tungrorum werden opgericht, onder meer in de buurt van de heerwegen van Tongeren naar Bavay, naar Cassel en naar Maastricht/Keulen. Langs de weg Tongeren-Cassel zijn de Cockaertstombe bij Tongeren, de tumulus van Brustem en de Drie tommen bij Tienen daar uitstekende voorbeelden van. Tegelijk liggen zij in de buurt van een Gallo-Romeinse villa. De tumulus van Gutschoven ligt op circa 2.300 meter van de heerbaan Tongeren-Cassel, op circa 500 meter van de Gallo-Romeinse villa van Gutschoven en op 1.500 van deze op de Sassenbrouckberg in Broekom. De tumulus van Vechmaal ligt circa 2.500 meter verwijderd van de Romeinse weg Tongeren-Bavay en circa 500 meter van de Gallo-Romeinse villa van Vechmaal. Op de kaart van Villaret (1745-1748) is duidelijk te zien hoe een holle weg beide sites met elkaar verbond. Deze holle weg bleef nog gedeeltelijk bewaard. Beide tumuli liggen 2.000 meter van elkaar verwijderd, net trouwens als de beide vernoemde Gallo-Romeinse landbouwwinningen.

De Provincie Limburg wil deze oude grafheuvels een nieuwe toeristische invulling geven en bij het grote publiek opnieuw in de kijker zetten. Een aantal elementen zijn daarin erg belangrijk. Op de eerste plaats zijn deze erfgoedobjecten grafmonumenten van de Gallo-Romeinse elite in onze contreien, opgeworpen over een crematiegraf. Zij zijn een bijzondere vorm van grafarchitectuur, die typisch is voor het platteland. Daardoor zijn zij dragers van een zekere spiritualiteit, herdenkingsplaatsen die een bepaalde eerbied vragen. Zij kunnen daarom niet anders gepresenteerd worden dan als grafmonumenten. De gemeente Gingelom heeft dat bij voorbeeld zeer goed begrepen. Zij heeft rond de tumuli een subtiel grafpark aangelegd en verzoekt de bezoekers de grafheuvels niet te beklimmen. Ook de stad Tienen ontsluit haar tumuli met het graf van Marcus Probius Burrus binnen een soort grafpark dat de reiziger als het ware uitnodigt de overledenen te herdenken. Bovendien liggen de beide tumuli van Heers nog te midden van quasi ongerepte velden die het Gallo-Romeinse landbouwlandschap weerspiegelen. In de loop van de eeuwen hebben talrijke heuvels en hun directe omgeving sterk te lijden gehad van allerhande menselijke ingrepen die het uitzicht ervan verstoorden. De tumuli van Koninksem bij Tongeren zijn daar het beste voorbeeld van. Daarom is het zo belangrijk deze grafheuvels met respect te benaderen en er op de eerste plaats voor te zorgen dat hun integriteit gewaarborgd blijft. De nabije holle wegen, de opgravingssites en de nabijgelegen dorpskernen bieden de opportuniteit een soort archeologisch park te creëren dat aan de fietser en wandelaar de mogelijkheid biedt kennis te nemen van het Gallo-Romeinse platteland.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.