Een fiets brengt een mens op plaatsen waar een auto nooit geraakt. Dat geldt vaak voor archeologische sites. Op het einde van de 19de eeuw werden in het Naamse dorpje Anthée de resten van een reusachtige Gallo-Romeinse villa ontdekt. De oorsprong van de landbouwwinning dateert uit de tijd van de Flavische keizers (periode 69 na Chr. - 96 na Chr.) en werd in de jaren 1980 hernieuwd opgegraven. De villa van Anthée is met een lengte van circa 900 meter veruit één van de grootste villa’s van België. De villa lag aan een diverticulum van de Romeinse weg die Bavay met Trier verbond. De villa van Anthée werd in 267 na Chr. door de invallen van de barbaren verwoest.
De Romeinse villa van Anthée is reeds lang uit het landschap verdwenen. Maar zijn stempel is sterk aanwezig. Heel de site is ingenomen door weiden waar runderen lopen te grazen. Tussen die weiden loopt een grindpad, net breed genoeg voor een tractor. Hij loopt door het binnenhof van de antieke landbouwwinning en gaat vermoedelijk tot de Romeinse tijd terug. De structuur van de villa markeert het hedendaagse kadaster. Veel kavels en huizen in het centrum van het dorp zijn nog steeds georiënteerd op de grenzen van de villa.
Niet zo ver daar vandaan in Falaën, een deelgemeente van Onhaye, bevinden zich de ruïnes van het kasteel van Montaigle. Tijdens de Germaanse invallen tussen 250 en 400 na Chr. was de 160 m hoge rots een schuilplaats voor de Gallo-Romeinse bevolking. Ongetwijfeld vonden ook de bewoners van de villa hier een toevluchtsoord. Op dezelfde plaats verrees tijdens de middeleeuwen een fort, dat in 1298 eigendom werd van Gwijde van Dampierre. De burcht kende een roemrijke geschiedenis. Nu resten enkel ruïnes, geklasseerd is als uitzonderlijk erfgoed van Wallonië.
Luchtfoto met plan: AWAP
Reactie plaatsen
Reacties